Daan Zandbelt is opgetogen over de Nationale Omgevingsvisie (NOVI), waarvoor hij als Rijksadviseur Fysieke Leefomgeving zelf input leverde. “De NOVI stelt een nieuwe manier van werken voor, gebaseerd op de Omgevingswet, waar ik blij mee ben. Ik zie het als een soort trendbreuk. En dat zit ‘m onder andere in de rol die de Rijksoverheid gaat spelen in de ontwikkeling van Nederland. Die rol is totaal veranderd: van een dominante overheid in de naoorlogse periode, en vrijwel afwezige daarna, tot de teamspeler in het veld die zij nu wordt. Dat vind ik mooi.”
Wennen aan het nieuwe werken
Maar het is wennen, zegt hij ook, zowel voor het Rijk als voor de samenwerkingspartners. “En het vraagt oefenen: ruimte laten voor voortschrijdend inzicht, lokaal initiatief, voor wat andere partijen hebben in te brengen. Dat is onderdeel van de NOVI. En het gaat niet in één keer goed, maar toch is het belangrijk de rust te nemen om te wennen aan het nieuwe werken. Wel beginnen, niet talmen, maar niet overhaast.”
Combineren
De nieuwe manier van werken is ook: ‘samen, integraal en in samenhang’ opgaven uitwerken. Hoe? Zandbelt: “Door anders te kijken dan voorheen, en ook complexiteit niet uit de weg te gaan. Juist niet. Een actueel voorbeeld: in de regio Utrecht zijn veel huizen nodig. Utrecht CS is ‘vol’ en kan niet meer reizigers aan. De Nieuwe Hollandse Waterlinie hoopt te worden toegevoegd aan de Werelderfgoedlijst van Unesco en dient dus beschermd. Drie grote opgaven. Hoe pak je dit aan? Je zou het moeten weten te combineren: een nieuw station bouwen waar veel sporen en de tramlijn naar de Uithof samenkomen. Het Werelderfgoed versterken, en de route naar de Forten en het Ringpark goed toegankelijk maken. Nieuwe huizen bouwen én de wijk Lunetten uit de jaren zeventig, die ernaast ligt, een update geven. Dat lijkt een stevige bestelling, maar ik ben ervan overtuigd dat het kan.”
In samenhang bekijken
Dit is volgens Zandbelt wat de NOVI bedoelt. “En we móeten het wel zo doen, omdat we niet de tijd, de ruimte en het geld hebben om alles apart aan te pakken. Met de nieuwe werkwijze is de belofte dat je grote opgaven als crisis op de woningmarkt, klimaatdoeleinden halen en de energietransitie bijvoorbeeld, kunt tackelen omdat je ze in samenhang bekijkt. Niet zeggen we hebben ruimte tekort. Nee, want juist door functies te combineren bespaar je ruimte, én kosten. Door te combineren en te integreren. Kijk naar Centraal Station Rotterdam, voor mij het ultieme voorbeeld van de NOVI in de praktijk.”
Van overstapmachine naar iconisch station
Nog voordat de NOVI ook maar in zicht kwam, opende in 2014 het nieuwe station Rotterdam Centraal. “Daarvóór een klassieke overstapmachine waar je op allerlei manieren goed weg kon komen. En dat wílde je ook, zo snel mogelijk. Het station moest vernieuwd. Gemeente, ProRail en NS dienden hun wensen in bij de ontwerpers, met bijbehorend budget. Die wisten 28 miljoen euro te besparen door de ideeën te combineren! Nu is het een plek om af te spreken, te wonen, te werken en te eten, om te verblijven. Een prachtig voorbeeld van meervoudig ruimtegebruik, van functies combineren en voortbouwen op de identiteit van het gebied. Van de principes van de NOVI dus. Het station is een icoon geworden en heeft Rotterdam een impuls en fris imago gegeven. Hier zie je hoe succesvolle projecten een motor kunnen zijn voor de omgeving buiten de bouwhekken.”
(tekst loopt door onder de foto)
Bij de regio aan tafel
In de NOVI-manier van werken is ‘samen’ een van de pijlers. “Ik denk dat het Rijk vanuit de NOVI allereerst moet samenwerken met andere overheden, met Europa, met provincies en gemeenten. De regio is dan het beste schaalniveau waarop al die tamelijk abstracte vraagstukken als klimaatadaptatie, circulaire economie, PFAS, behandeld kunnen worden. Daar worden ze concreet, omdat dit ook de dagelijkse leefomgeving van de gemiddelde burger is. De regio is geen bestuurslaag, maar in mijn idee een tafel, waar gemeenten, provincies én het Rijk samen aan zitten. Als betrouwbare partners, het Rijk om te sturen, de langetermijnkaders vast te houden, partijen bij de les te houden. Dat is allemaal wennen, maar zal uiteindelijk veel opleveren.”
Elan en verleiding
Blij met de NOVI is Daan Zandbelt zeker. Maar hij heeft nog wel een kanttekening: “Ik vind de NOVI nu vooral heel verstandig. Ik zou er meer elan in willen zien, en verleiding. Je moet denken: in dít land wil ik wonen, daaraan wil ik werken. Die wervende kracht is nodig en nuttig om partijen te motiveren om de dingen die erin staan, ook echt te gaan doen.”